[21/04/2021] Wanneer bosgrond geplagd moet gaan worden voor omvorming naar heide, vormt dat een gevaar voor reptielen die zich in de strooisellaag ophouden. De dieren moeten dan ruim voordat de werkzaamheden beginnen worden “weggevangen”. Een beter woord hiervoor is ‘translocatie’; het vangen van dieren om ze op een andere plek weer uit te zetten. Voor een opdrachtgever voeren we momenteel een dergelijk onderzoek uit. Het gaat daar voornamelijk om de Hazelworm en mogelijk ook Levendbarende hagedis. De Hazelworm en Levendbarende hagedis zijn nationaal beschermde soorten onder de Wet Natuurbescherming. De Levendbarende hagedis is tevens opgenomen op de Rode en Oranje Lijst, de Hazelworm is alleen op de Oranje Lijst opgenomen.
Zo’n onderzoek wordt uitgevoerd met behulp van tapijttegels. De tegels worden op zorgvuldig gekozen plekken neergelegd. Reptielen kruipen er graag onder om zich op de warmen. Op deze manier zijn ze te vangen. Het ziet er misschien niet zo mooi uit, al die tegels in het bos. Maar het is maar tijdelijk; als de translocatie is voltooid worden ze weer netjes opgeruimd en een volgende keer weer ergens anders gebruikt. Het blijft dus niet als “afval” achter in het bos. Ook al zijn de tegels niet van natuurlijk materiaal, het is een al lang gebruikte en bewezen methode. De tegels worden met de donkere kunststof onderkant naar boven neergelegd. Dit donkere materiaal houdt de warmte van de zon goed vast. Verder vormt het materiaal zich goed naar de bodem, waardoor het nauw op de strooisellaag aansluit. En de tegels waaien niet weg. Een belangrijk aspect daarbij is ook dat de tegels niet speciaal voor dit gebruik zijn geproduceerd. Het zijn tweedehands tapijttegels, die na hun eigenlijke doel weggegooid zouden zijn. Juist in plaats van dat ze op de afvalberg terecht zijn gekomen, hebben ze nu een tweede nuttig leven gekregen ten bate van de biodiversiteit!